Peter Berger       Gedichten - De twee seizoenen van liefde


       De twee seizoenen van liefde: Inhoud                                                              

 

 

8

Als ik zo schrijf, in de trein
naar het noorden
denk ik, ik ben niet leeg

maar ik weet wel beter,
gevoelens gaan verder,
lossen op, willen nu al niet meer

nog even geduld
en dan zijn we weer de twee
vreemdelingen van het wachten.

 

                                                                                   

9

Wat moet ik met zo'n ochtend, nu,
ochtend waarin een warm
meisje
dat in bed als een jij paste
weer koud wordt, en een meisje?

dat gewoon, hard opstaat,
de schouderbladen nukkig ingekeerd, gekneusde vleugeltjes,

ze werpt de haren
achterover, verft
zich ijzel op de wangen,
gaat hangen in haar stijve kleren,
teer, wit,

zij is het woord vaarwel.
vaarwel dus.

de lakens voelen verdord.
steelse geur
aan mijn vingers.

voel voor het eerst
dat ik oud word.