Peter Berger       Gedichten - De twee seizoenen van liefde


       De twee seizoenen van liefde: Inhoud                                                              

 

 

6

Op het houten tafelblad
ligt haar hand,
een onaangesloten oor
dat luistert naar zichzelf,

in de spiegel ontoonbaar
staat haar beeltenis
in zeep getekend,

scharnieren piepen,
de vloer kraakt zonder
dat een voet beweegt.

het wordt steeds vreselijker
zoals ze dat huis bewoont
en er niet meer woont,

dag na dag valt de schaduw
langer op de vloer,

deuren gapen, worden steeds groter,

of zijn het vleugels
van steeds dunner perkament?

hoor hoe de wand
op haar hartslag beweegt.
maar niemand hoort het, niemand,
alleen zijzelf.

 

TEKENING VAN DOOD KINDJE                                                                                          

Dood kindje. Het profiel mislukt
op het hoofdkussentje afgedrukt.

maar misschien kan het alleen maar zo,
het onhandige haar bij de oortjes
zo onbehoorlijk lief,
op geen papier mag dit geboren.