Engagement
Zo gaat
dat,
bladerend in Wilhelm Liebknechts Karl Marx, of
in het fraai ingebonden in 1920 door mijn vader
bij Remigius te Middelburg gekochte exemplaar
van Werner Sombarts Socialisme,
met al die wereldschokkende
souvenirs in mijn hand
voel ik krakerige vleugeltjes
van berouw op mijn schouderblad groeien,
kunstzinnig vervaardigd uit de randjes
van ouderwetse denkbeeldige
bidprentjes,
en geurend
als een stinkput
spring ik op
met nog net de tijd
voor iets als onderhavige slordige ironie:
ach ja, de tijden zijn anders.
En mijn
enige gezegende daad was
dat ik tijdens mijn zusters bevlieging
gekleed in een naar pis stinkend
verduisteringsgordijn,
versierd met ontelbare geelwitte
benen gordijnringetjes en een behaaglijk gevoel
in mijn pik
mijn vriendinnetje bij de onderste traptree
een pepermuntje tussen de voortanden duwde
en zegenend met een vinger vol spuug
streek over het hoofdhaar.
het heilige moment
was al weg, maar
de geur van d'r haar kan ik me ieder moment
te binnen brengen,
|
|
de geur van
te lang in het donker liggen,
en steeds armoediger worden,
steeds geheimzinniger,
als dat woord gepermitteerd is
voor zo iets futiels
dat met niets heeft te maken,
dat op geen enkele wijze een rol speelt
in mijn leven, waarin ik alleen aan vroeger denk
als ik schrijf
en dat is al veel te vaak,
zeker de laatste paar maanden.
|